De Marathon van Rotterdam is afzien en genieten

De Marathon van Rotterdam is afzien en genieten

De marathon van Rotterdam. Hij mag weer. Uit de speakers klinkt Lee Towers You’ll never walk alone… vandaag met extra lading, want wat hebben we daar lang op gewacht.

Tweeënhalf jaar sinds de laatste Rotterdamse Marathon. Veel te lang hebben we alleen gelopen of met een klein groepje, angstvallig de aërosolen van hijgende loopmaatjes vermijdend. Des te knapper is de prestatie die alle lopers vandaag geleverd hebben. 42 kilometer en 195 meter. Net te ver voor een menselijk lichaam en daarom loop je dit niet zomaar. Ik neem je mee met de snelsten en de toppers.

Ik sta bij 35 kilometer. Dat is mentaal een mooi punt. Zeven kilometer is dan heeeel ver. Er is nog net niet de feeststemming, die er straks in Crooswijk wel is.

Het gevecht tussen de benen en het hoofd zie je hier voor je neus gebeuren. ‘Kap ermee’ zegt het brein of  ‘zo lang getraind’, ‘ik wil die tijd’. Kramp voelen de benen.., Het hoofd: ‘doorgaan’, als ik nu dit tempo houd dan, waar blijft de volgende drinkpost….’
Maar ook genieten, want in Rotterdam loop je van toejuiching naar toejuiching.

De snelste

Bashir Abdi (startnummer 3) liep vandaag in Rotterdam een Europees marathonrecord.

De toppers

PAC loper en AD verslaggever Pim Bijl wilde sneller dan 2.29.59. Dat is sowieso retehard, maar hij had zijn tijd meerde malen in de krant hardop uitgesproken. Psychologisch geeft dat druk: want het moest vandaag gebeuren. Pim loopt gefocused en doelgericht, zeer knap 2.28.11.
Achter hem komt Erben Wennemars. De schaatser zegt vooraf bij de NOS te genieten van het Rotterdamse spektakel, maar hij weet ook dat het zwaar gaat worden. Bij topsporters vind ik het altijd mooi om te zien: geef ze een sportief doel en ze staan gelijk weer op scherp. Je ziet het in zijn blik als hij langs loopt. Erben finished in een nette 2.47.49.
Lars gaat hazen en zegt vooraf: “Ik ga in april weer hardlopen”. Hij ziet er relaxed uit en loopt nu al hard 2.54.16. Anieke loopt een prachtige 3.46.43 en heeft ook nog energie voor een glimlach voor ons.

 

Door naar die finish! Ik krijg er ook zin in. April???

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoe leuk is het om sportouder te zijn? Sport in Perspectief van start.

Hoe leuk is het om sportouder te zijn? Sport in Perspectief van start.

Sport in Perspectief, het Sport Innovatieproject van 2020 is gestart. Vanuit de klei van het sportveld wordt deze pedagogische methodiek gemaakt. Sportouders staan centraal. Zij zijn de belangrijkste personen in het leven van hun sportende kinderen. Het is onze taak naar ouders te luisteren en hun adviezen te gebruiken, want wie kent hun kind het beste? Wanneer je ouders bij de training van de kinderen betrekt, ontstaat er verbinding en dat geeft mooie verrassingen op het veld, de mat of de baan. Met de marathon als metafoor, wil ik je laten zien hoe we dit gaan doen.

42 kilometer en 195 meter

‘Een fijn pleuris end’, noemen we in Rotterdam de marathon. Een innovatieproject is net een marathon. Je weet niet wat er allemaal op je pad komt en of je de man met de hamer ontmoet. Maar Sport in Perspectief is goed voorbereid, heeft deskundige begeleiding en heel veel doorzettingsvermogen.

  • START januari 2020: We gaan na, waar ouders, sporters en trainers blij van worden en wat hen stoort;
  • 10 KM maart 2020: Bij ‘Flatland Visual Thinking’ komen we definitief van idee naar concept: De Veldtrainingen, Online Trainers Training, Toolkit en Boek voor sportouders worden één geheel en één taal. De nulmeting wordt gedaan bij Excelsior, Intime Tennis Academy en PAC Atletiek;
  • Halve Marathon september 2020: Lancering Sport in Perspectief in het Excelsior Stadion;
  • 22 – 38 KM Oktober 2020 t/m Februari 2021: Sport in Perspectief in uitvoering bij Excelsior, Intime Tennis Academy en PAC Atletiek;
  • 39 KM – Finish maart t/m juni 2021: Eindmeting en publicaties;
  • Finishvak: Sport in Perspectief is klaar om verspreid te worden.
De inzet van sportouders is groot. Elke zaterdag rijden duizenden ouders op hun vrije dag, soms al om half acht, met hun kinderen naar een wedstrijd of training. Deze groep is absoluut bereid het beste te doen voor hun kinderen. Dit is de doelgroep waar wij ons op richten.

Er zijn al veel zinvolle projecten van start gegaan voor sportplezier. De praktijk blijkt moeilijk in regels en adviezen te vatten. Ouders voelen zich onvoldoende aangesproken. Ze weten allang dat ze positief moeten zijn en dat schreeuwen ongewenst is. Sportplezier komt niet alleen vanuit de ouders. Ook trainers hebben pedagogische en didactische handvatten nodig. En voor kinderen is het handig als ze leren met winst en verlies om te gaan en met de ‘oneerlijkheid’ die sport soms geeft.

Sport in Perspectief draait om de relatie tussen ouders-sporters-trainers, wat betreft: rol, verwachting, communicatie, blik/handelen en het effect dat dit heeft op hun plezierbeleving. Dat is niet nieuw. De manier waarop we dat gaan doen wel. Het wordt verwerkt als onderdeel van het regulier trainingsprogramma en getraind en geoefend op het veld, de mat of de baan. Door activiteiten passend in de sport, wordt er veel gelachen, maar is er ook ruimte voor adviezen en vragen.

In dit filmpje wil ik je laten een voorbeeld laten zien hoe dit kan (klik aan):

filmpje sport in perspectief

 De Toplopers: 

Dit is het team van Flow Mentale Training die het gaat doen: 

De Pacers:

Daarnaast zijn er professionals vanuit topsport, onderwijs en bedrijfsleven die gaan ons hazen, zodat we kwaliteit kunnen leveren en Sport in Perspectief na juni 2021 verspreid kan worden richting clubs, RTC’s, CTO’s, BVO’s, Bonden en NOC*NSF.

De Busisnessrun

Team Flow heeft al veel voorwerk verricht. Zo hebben we topsporters, talenten en hun ouders gevraagd naar ervaringen wat betreft ‘sportplezier en presteren’. Die combinatie blijkt lastig.

Yvonne van Gennip: “Ik moest alles altijd perfect doen, daarom voelde ik altijd prestatiedruk. Die druk kwam vooral vanuit mijzelf, doordat ik vond dat ik altijd het uiterste moest leveren. Dat is een karaktereigenschap. Er waren geen gradaties in mijn denken. Het was top of flop. Mijn ouders moesten vooral afremmen en de druk van de ketel halen. Ik heb wel een fase gehad waarin ik mij afvraag, waarom mijn ouders mij niet wat meer hebben afgeremd in mijn perfectionisme. Het heeft mij ver gebracht, maar psychisch wel veel gekost.”

Zij willen dat sport in perspectief gezien gaat worden

De Sportouders

Ik heb verzameld waar de sportouders zelf tegenaan lopen. Van hun twijfels, irritaties en zorgen van sportouders heb ik een muurtje gebouwd. Het had ook een muur kunnen zijn.

Tennismoeder: “Ik vind die andere tennisouders stom en daar zit ik dan de hele dag mee. De kans dat mijn kind de loterij wint, is groter dan dat hij toptennisser wordt, maar ik wil zijn droom niet verpesten.”

We zijn gestart

Doen en ervaren

Door ‘te doen’ zorgen we voor verbinding. Effectief en positief met elkaar communiceren gaat makkelijker. Door zelf ‘te ervaren’ leren ouders, trainers en sporters vanuit oordeel-vrij perspectief te kijken en te handelen, waardoor presteren en plezier samen gaan.

 

Wil je meer weten, lees ook:

Sportouders samen met hun kind en de trainer op het veld

Zaterdagmorgen. Leve de sportouders.

Hoe mijn ouders mij steunen in mijn passie voor karate.

 

Zo stuur jij je gedachten tijdens de marathon.

Zo stuur jij je gedachten tijdens de marathon.

Als je ‘m niet loopt, denk je: “Waarom loop ik ‘m niet.” Als je ‘m wel loopt, denk je: “Waarom loop ik ‘m wel”…….De haat-liefde verhouding met de marathon is prachtig. “

Als je opstaat

Je voelt  hoe je benen voelen. Verschillende scenario’s schieten door je hoofd, waarbij je bedenkt: “Dit wordt mijn dag of juist niet.” Beiden is leuterkoek. Je hebt geen glazen bol om te voorspellen hoe de dag zal verlopen. Wat je wel kunt doen, is je optimaal voorbereiden. Rustig eten, voldoende drinken. Passende kleding bij het weer aantrekken. Doe wat je altijd doet. Ik ben wel eens in de ochtend al een rondje gaan rennen omdat ik de Keniaanse toplopers dat ook zag doen…..alleen ik ben geen Keniaan en geen toploper. Dat extra rondje bracht mij alleen vermoeide benen.

Voor de start

Omring je met mensen die je positieve energie geven. Alle stresskippen die nog je laten twijfelen of je kleding of voeding wel goed is laat je links liggen. Vertrouw op jezelf en je gezonde verstand. Je hebt genoeg kilometers gemaakt en weet zelf wel wat jij aan wilt trekken en het beste kan eten.

Om de boete voor wildplassen te voorkomen, ga je nog even in de te lange rij bij het toilet staan. Terwijl je staat te wachten verwonder jij je nog even om al het gedoe om je heen. Je ziet lopers in vuilniszakken, in veel te kleine hemdjes en broekjes (zo warm is het in de ochtend nog niet) en familieleden die op allerlei manieren proberen te ondersteunen met positieve praat en bananen. Er wordt een hoop stinkende tijgerbalsem gesmeerd om de beentjes in het optimale te krijgen.

Het gaat gebeuren

Lee….Lee Towers…als je nog geen kippenvel hebt van de ochtendkoude, dan bezorgt Lee het jouw wel. Kleine traantjes worden weggepinkt. Lopen gaat als vanzelf. Je wordt meegedragen op de mensenmassa. Gevaar dat je te hard of te zacht loopt ligt op de loer. Let dus heel goed op dat jij jouw eigen tempo loopt. Je kunt je horloge in de gaten houden, maar nog mooier is als voelt wat jouw snelheid is.

Ik heb op allerlei plekken in de wereld marathons gelopen, maar alleen in Rotterdam is het 42 kilometer een feestje aan de kant. Je kunt de marathon in hapklare brokken verdelen, waarbij je steeds weer het volgende stuk of naar de volgende band loopt. Zorg dat je voldoende eet en drinkt.

Gedachten

De gedachten die door je hoofd schieten tijdens de marathon, komen vanzelf, daar kun je niets aan doen. Wat je met de gedachten doet wel. Dus als de gedachte: ‘Ik stap uit’ voorbij komt, lekker voorbij laten komen. Je hoeft niets met deze gedachte te doen.

Van prestatielopers heb ik wat voorbeeldgedachten en zelfspraak verzameld. Waar waren zij  mee bezig tijdens de marathon?

  • Komop, je kunt het!!!
  • Doorzetten, niet stoppen des te eerder ben heel blij.
  • Wat is nu 5 uur lopen op een hele week of een maand. Piece of cake!
  • Fijn om dit met mijn hardloopmaatjes te doen. 
  • Ik loop 3x 14 kilometer.
  • Ik loop 8x 5 kilometer.
  • Joehoe joehoe, ik ga hem gewoon uitlopen al moet ik wandelen. 
  • Hup hup de meisjes komen eraan.
  • Ik wil niet meer. Ik kan niet meer, ik ga wandelen. 
  • Lekker stukkie lopen. 
  • Kijken of ik bekenden zie. 
  • Verrek waar is mijn GPS!?
  • Hak in stukjes. Eerst 10. Nog een keer 10. En nog een keer. En ja die laatste 12 als je dat niet kan, dan had je er nooit aan moeten beginnen, eikel. 
  • Slapjanus, ga de tafels opzeggen. Opzeggen van 1 t/m 10.
  • Nou he he, daar is die Coolsingel. Handen in de lucht. Hier deden we het voor.
  • Probeer nou eens te lachen, dit zijn de laatste 600 meter. 
  • Goed zo. En nu die medaille halen.
  • Ja ja ja ja zoek het leukste medaille meisje maar uit. Het zit er gelukkig weer op. 
  • Nu heb ik net al boven de pot gehangen van de zenuwen en moet ik alweer!
  • Niet te snel starten, rusten aan…pff, ben weer te snel te snel gestart.
  • Het gaat goed, het gaat lekker. Ik zit op schema. 
  • Oh, ik ben zo moe, doorgaan, blijven volgen. 
  • Ik hoop dat ik ‘m binnen de vier uur loop.
  • Zo trots dat ik hier tussen al die goede lopers loop, ik voel me echt een van hun. 
  • Jeroen zegt: “Nog 1 kilometer, maar dat zei hij net ook al. Neemt hij me in de maling?”
  • Daar is de finish, even nog een eindsprintje en jaaa…..!!Waar is een vriendelijk gezicht die de medaille omhangt.
  • Ik ben trots. 
  • Pff, wat is het weer zwaar…had ik maar consequenter getraind. 
  • Ik kan het niet bijhouden, iedereen loopt harder dan ik. 
  • Ik loop mijzelf voorbij, dat gaat weer pijn doen. 
  • Inhouden anders haal ik de finish niet. 
  • Voor wie doe ik dit?
  • Waar ben ik mee bezig? 
  • Is het raar als ik uitstap? 
  • Heeft iemand mij gezien, dan kan ik uitstappen?
  • Even aanzetten, want daar staan bekenden.
  • Vorig jaar liep ik hier ook
  • Opletten dat ik niet tegen anderen op bots. 
  • Niet te hard.
  • Letten op techniek.
  • 25 km: Ik ga wat eten. Ik drink genoeg. 30 km: Tempo vasthouden. Eigenlijk is dit niet leuk meer. 40 km: Voeten optillen.
  • Focus op de mensen voor mij. Ik haal je in. Je loopt niet van mij weg.

Luc Krotwaar

Ook vroeg ik Luc Krotwaar, bijgenaamd de witte Keniaan (zeven maal Nederlands kampioen op de marathon. Zijn PR is 2:10:13), waar denk jij aan tijdens de marathon. Luc zegt:

“Ik was alleen maar bezig met dingen die mij hielpen sneller te lopen. “Van daar tot daar heb ik wind tegen, Ik let op mijn ademhaling, ik voel hoe mijn benen voelen. Daarnaast is je focus op het tempo dat je wil lopen om een bepaalde tijd te lopen, bijvoorbeeld een limietpoging van 2.12,” aldus Luc.

Soms moest Luc onderweg zijn doelen bijstellen omdat het niet meer haalbaar was om de limiet te lopen. Dan maakte hij in zijn hoofd een nieuw doel, bijvoorbeeld ik ga dit doen om Nederlands kampioen te worden. Dit hielp ook bij verwerking van teleurstelling omdat hij het tijdens de race al had bijgesteld.

De man met de hamer

“Waarom geen vrouw met de hamer,” werd mij gevraagd naar aanleiding van het interview in het Algemeen Dagblad. Echter ik ben nog nooit een vrouw tegen gekomen die dat doet.”

“Ik schop die Man met de Hamer voor z’n bek,” aldus inspanningsfysioloog Roche Silvius (collega Intime Tennis). Het mooie is, dat dit best een zinvolle gedachte is. Als hij komt val ik hem vol aan, want dan krijgt die mij niet te pakken.

Als je dat nog wilt voorbereiden kijk dan naar het filmpje van Henk Grol (Holland Sport). Die snapt hoe je de Man met de Hamer grijpt. Uiteraard het is een andere manier van inspannen, maar Henk Grol leert je wel doorzetten, ook als het zwaar wordt.

“Ga jij lopen,” vraagt Marieke (moeder van vier kinderen) mij via Whats App. “Ik kom je aanmoedigen, dat is ook heel belangrijk,” antwoord ik. “Kutzooi,” appt ze, “Trap ik er toch steeds weer in. Lijkt net een zwangerschap. Volgend jaar ga ik ook aanmoedigen”

Lees ook:

AD. Marathon lopen. Zo versla je De Man met de Hamer.
De spanning  stijgt in Rotterdam.
Stop met piekeren. Begin met lekker lopen. 

Marathon lopen. Zo versla je de man met de hamer. Interview AD.

Marathon lopen. Zo versla je de man met de hamer. Interview AD.

MARATHON-SPECIAL. Waarom doen we dat ook alweer, een marathon lopen? Sportpsycholoog en marathonloper Daniëlle van der Klein-Driesen over motivatie, het omarmen van pijn en de tafel van zes.

 

Wie komend weekend onderweg is op de NN Marathon Rotterdam heeft grote kans hem tegen te komen: de Man met de Hamer. Hij is berucht, sowieso onaardig en bijna altijd genadeloos. Bij de ene hardloper (m/v) meldt hij zich al na een kilometer of 27, bij een ander na 35 kilometer. Tenminste, als hij komt. Alles doet zeer, je hebt honger en dorst. Stoppen, dat is wat je lijf eigenlijk wil bij de confrontatie met de Man met de Hamer. Was getekend: Daniëlle van der Klein-Driesen, sportpsycholoog te Rotterdam, schrijver van het boek Gas en Rem in de sport én ervaringsdeskundige.

Pijn

Als de pijn er niet zou zijn, is een marathon toch niet meer speciaal?

Van der Klein-Driesen liep elf marathons, waarvan drie keer in haar eigen stad. De sportpsycholoog – lid van Loopgroep 010 Oost – heeft een praktijk in Rotterdam Prinsenland en begeleidt topsporters, talenten, coaches en sportouders. Atleten, maar bijvoorbeeld ook tennissers en voetballers.
Haar stelling: op de marathon is pijn vaak onvermijdelijk. Het is de kunst om op een goede manier met de pijn om te gaan. ,,Wees eerlijk: als die pijn er niet zou zijn, is een marathon toch helemaal niet speciaal om te lopen? Accepteer die pijn, schrik er niet van, probeer je gedachten te verleggen, knok en ga door. Je kunt op je techniek letten of je ritme. Hierdoor ga je als vanzelf beter lopen.’’

Daniëlle van der Klein.

Daniëlle van der Klein. © privé-foto

 

High fives

En in de categorie ‘denk jezelf sterk’: wilskracht kun je uit de gekste dingen halen. ,,Even met iets anders in je hoofd bezig zijn, zoals de tafel van zes opzeggen of een liedje neuriën werkt ook. Iedereen heeft zijn of haar manier. Anderen zoeken juist interactie met publiek, en willen zoveel mogelijk high fives. Omdat jij met die pijn kunt omgaan, haal jij juist die finish en krijg je een dikke medaille om je nek. En je buurman niet, om maar iemand te noemen.’’
Het lopen van een marathon – inclusief de voorbereiding – is voor velen een stressvolle exercitie. Gedoe ook, vooraf al, ook qua logistiek. Maar de echte marathonstress begint in het startvak. Kijk maar eens goed om je heen: overal strakke koppies, mannen en vrouwen die nerveus heen en weer bewegen en springen of ineens veel te snel gaan praten. Een goede manier om zelf rustig te worden? Doe ademhalingsoefeningen, zegt Van der Klein-Driesen. ,,Ademhalingsoefeningen zijn altijd en voor iedereen zinvol. Door rustig te ademen neem je meer zuurstof op. Je zet de rem als het ware even aan, het zorgt voor rust in het lichaam, je bent even in het hier en nu. Daarna neem je nog even in korte stappen je plan door: zo ga jij het doen.’’

Waan je een toploper en ga rechtop lopen: denk dat al die mensen speciaal voor jou zijn gekomen

 

Kippenvel

Wie opziet tegen de spanning, doet er volgens de sportpsycholoog goed aan om zich hier thuis op voor te bereiden. Inleven dus. ,,Op YouTube zijn genoeg filmpjes te vinden van het drukke startvak op de Coolsingel of voor de Erasmusbrug. Handig voor mensen die voor het eerst een marathon gaan lopen. Bekijk zo’n filmpje en probeer je in te leven, schat in wat het met je doet wanneer jíj daar staat. Check van tevoren waar je je trainingsjasje kunt ophangen en waar de toiletten zijn. In Rotterdam zijn voldoende toiletten.’’
Als Lee Towers You’ll never walk alone inzet, geeft dat energie, kippenvel. Probeer ervan te genieten, adviseert Van der Klein-Driesen. Die eerste 10, 15 kilometer zijn dan ook meestal voorbij voordat je het weet. Grootste gevaar is dat je je gek laat maken omdat het zo lekker gaat. Niet doen dus, blijf bij je plan.

 

Wandelen is killing

De marathon begint natuurlijk pas echt wanneer je ongeveer op de helft bent, dus na een kilometer of 21. Van der Klein-Driesen: ,,Drink op tijd, eet op tijd. Ook dat is een kwestie van voorbereiding hè? Bedenk van tevoren wanneer je een gelletje neemt, maar ook hoe je een bekertje pakt en hoe je drinkt. Ga je stoppen of blijf je lopen? Ik adviseer iedereen te blijven lopen. De verleiding te gaan wandelen is groot als je moe bent. Blijf hardlopen, kies desnoods voor dribbelen. Wandelen is killing voor je eindtijd, weet ik uit ervaring.’’

Wel adviseert de sportpsycholoog om een plan B te hebben. Wat als het harder waait dan voorspeld? Wat als het kouder – of juist warmer – is dan vooraf gedacht? Wat als je simpelweg geen goede dag hebt, qua vorm? Je einddoel bijstellen, raadt Van der Klein-Driesen aan. ,,Ik snap het heus als je niet wilt bijstellen. Zelf had ik eens keihard getraind om binnen de 3.30 uur te finishen, het werd 3.31. Ik baalde. Maar als ik eerlijk ben, is 3.31 toch ook een prachtige tijd?’

 

 

Feest

Terug naar de Man met de Hamer. Stel, je zit er na 35 kilometer finaal doorheen. Wat dan? Visualiseer, probeer je een volle Coolsingel voor de geest te halen. ,,En weet dat je bij 35 kilometer bijna in Crooswijk bent, waar het altijd één groot feest is. Heb je het echt moeilijk, waan je dan een toploper. Ga rechtop lopen en denk dat al die mensen speciaal voor jou gekomen zijn. Echt, het helpt, dat weet ik uit eigen ervaring.’’

Nog een tip voor wie na 37 kilometer niet meer kan: haal kracht uit eenvoudige sommen. Bedenk dat je nog maar 5 kilometer hoeft te rennen. Maar 5 kilometer! ,,Dat is een rondje om de Kralingse Plas, niet meer. Peanuts dus, in verhouding met al die kilometers die je al gemaakt hebt’’, lacht Van der Klein-Driesen. Natuurlijk zijn er mensen die zeggen: oké, ik stap uit. Volgend jaar is er weer een marathon. Nieuwe ronde, nieuwe kansen. De sportpsycholoog denkt daar zelf anders over: de pijn die je voelt op de marathon is tijdelijk, de pijn van uitstappen duurt veel langer. ,,Ik pas liever mijn tempo aan dan dat ik uitstap.’’

De laatste 2 kilometer gaan als vanzelf. Je wordt hoe dan ook gedragen door het publiek, weet de Rotterdamse sportpsycholoog. En de Man met de Hamer is op dat moment ongetwijfeld een andere loper aan het lastigvallen…