Hoe leuk is het om sportouder te zijn? Sport in Perspectief van start.

Hoe leuk is het om sportouder te zijn? Sport in Perspectief van start.

Sport in Perspectief, het Sport Innovatieproject van 2020 is gestart. Vanuit de klei van het sportveld wordt deze pedagogische methodiek gemaakt. Sportouders staan centraal. Zij zijn de belangrijkste personen in het leven van hun sportende kinderen. Het is onze taak naar ouders te luisteren en hun adviezen te gebruiken, want wie kent hun kind het beste? Wanneer je ouders bij de training van de kinderen betrekt, ontstaat er verbinding en dat geeft mooie verrassingen op het veld, de mat of de baan. Met de marathon als metafoor, wil ik je laten zien hoe we dit gaan doen.

42 kilometer en 195 meter

‘Een fijn pleuris end’, noemen we in Rotterdam de marathon. Een innovatieproject is net een marathon. Je weet niet wat er allemaal op je pad komt en of je de man met de hamer ontmoet. Maar Sport in Perspectief is goed voorbereid, heeft deskundige begeleiding en heel veel doorzettingsvermogen.

  • START januari 2020: We gaan na, waar ouders, sporters en trainers blij van worden en wat hen stoort;
  • 10 KM maart 2020: Bij ‘Flatland Visual Thinking’ komen we definitief van idee naar concept: De Veldtrainingen, Online Trainers Training, Toolkit en Boek voor sportouders worden één geheel en één taal. De nulmeting wordt gedaan bij Excelsior, Intime Tennis Academy en PAC Atletiek;
  • Halve Marathon september 2020: Lancering Sport in Perspectief in het Excelsior Stadion;
  • 22 – 38 KM Oktober 2020 t/m Februari 2021: Sport in Perspectief in uitvoering bij Excelsior, Intime Tennis Academy en PAC Atletiek;
  • 39 KM – Finish maart t/m juni 2021: Eindmeting en publicaties;
  • Finishvak: Sport in Perspectief is klaar om verspreid te worden.
De inzet van sportouders is groot. Elke zaterdag rijden duizenden ouders op hun vrije dag, soms al om half acht, met hun kinderen naar een wedstrijd of training. Deze groep is absoluut bereid het beste te doen voor hun kinderen. Dit is de doelgroep waar wij ons op richten.

Er zijn al veel zinvolle projecten van start gegaan voor sportplezier. De praktijk blijkt moeilijk in regels en adviezen te vatten. Ouders voelen zich onvoldoende aangesproken. Ze weten allang dat ze positief moeten zijn en dat schreeuwen ongewenst is. Sportplezier komt niet alleen vanuit de ouders. Ook trainers hebben pedagogische en didactische handvatten nodig. En voor kinderen is het handig als ze leren met winst en verlies om te gaan en met de ‘oneerlijkheid’ die sport soms geeft.

Sport in Perspectief draait om de relatie tussen ouders-sporters-trainers, wat betreft: rol, verwachting, communicatie, blik/handelen en het effect dat dit heeft op hun plezierbeleving. Dat is niet nieuw. De manier waarop we dat gaan doen wel. Het wordt verwerkt als onderdeel van het regulier trainingsprogramma en getraind en geoefend op het veld, de mat of de baan. Door activiteiten passend in de sport, wordt er veel gelachen, maar is er ook ruimte voor adviezen en vragen.

In dit filmpje wil ik je laten een voorbeeld laten zien hoe dit kan (klik aan):

filmpje sport in perspectief

 De Toplopers: 

Dit is het team van Flow Mentale Training die het gaat doen: 

De Pacers:

Daarnaast zijn er professionals vanuit topsport, onderwijs en bedrijfsleven die gaan ons hazen, zodat we kwaliteit kunnen leveren en Sport in Perspectief na juni 2021 verspreid kan worden richting clubs, RTC’s, CTO’s, BVO’s, Bonden en NOC*NSF.

De Busisnessrun

Team Flow heeft al veel voorwerk verricht. Zo hebben we topsporters, talenten en hun ouders gevraagd naar ervaringen wat betreft ‘sportplezier en presteren’. Die combinatie blijkt lastig.

Yvonne van Gennip: “Ik moest alles altijd perfect doen, daarom voelde ik altijd prestatiedruk. Die druk kwam vooral vanuit mijzelf, doordat ik vond dat ik altijd het uiterste moest leveren. Dat is een karaktereigenschap. Er waren geen gradaties in mijn denken. Het was top of flop. Mijn ouders moesten vooral afremmen en de druk van de ketel halen. Ik heb wel een fase gehad waarin ik mij afvraag, waarom mijn ouders mij niet wat meer hebben afgeremd in mijn perfectionisme. Het heeft mij ver gebracht, maar psychisch wel veel gekost.”

Zij willen dat sport in perspectief gezien gaat worden

De Sportouders

Ik heb verzameld waar de sportouders zelf tegenaan lopen. Van hun twijfels, irritaties en zorgen van sportouders heb ik een muurtje gebouwd. Het had ook een muur kunnen zijn.

Tennismoeder: “Ik vind die andere tennisouders stom en daar zit ik dan de hele dag mee. De kans dat mijn kind de loterij wint, is groter dan dat hij toptennisser wordt, maar ik wil zijn droom niet verpesten.”

We zijn gestart

Doen en ervaren

Door ‘te doen’ zorgen we voor verbinding. Effectief en positief met elkaar communiceren gaat makkelijker. Door zelf ‘te ervaren’ leren ouders, trainers en sporters vanuit oordeel-vrij perspectief te kijken en te handelen, waardoor presteren en plezier samen gaan.

 

Wil je meer weten, lees ook:

Sportouders samen met hun kind en de trainer op het veld

Zaterdagmorgen. Leve de sportouders.

Hoe mijn ouders mij steunen in mijn passie voor karate.

 

Flow zoekt stagiairs voor Sport in Perspectief

Flow zoekt stagiairs voor Sport in Perspectief

Flow Mentale Training heeft een nieuwe pedagogische methodiek bedacht die zorgt voor verbinding tussen ouders, sporters en coaches genaamd: Sport in Perspectief. Ouders en coaches trainen hierbij pedagogische vaardigheden op de sportplek, wat moet gaan zorgen voor blijvende gedragsverandering langs de lijn, in de auto en thuis. Het is de bedoeling dat zij effectiever met elkaar gaan communiceren, waardoor de jonge sporters meer vertrouwen krijgen en plezier houden in hun sport.

Vacature onderzoeksopdracht

Flow Mentale Training B.V. Rotterdam – Pedagogische Wetenschappen/Sportpsychologie

Sport in Perspectief wordt ontwikkeld week 1 t/m week 35 in 2020. Het wordt uitgevoerd vanaf week 36 in 2020 t/m week 26 in 2021 bij de S.B.V. Excelsior, Intime Tennis Academy en PAC Atletiek voor de sporters in de leeftijd 9 t/m 12 jaar, hun ouders en trainers. Het effect van de methodiek moet getest worden, zodat er een advies gegeven kan worden voor verdere verspreiding naar sportclubs, talentencentra en BVO’s.  

Flow Mentale Training zoekt twee stagiairs (bij voorkeur Bachelor/Master Pedagogische Wetenschappen) die de validatie willen doen van dit project door middel van kwalitatief onderzoek (enquetes en interviews). Eén stagiair die de nulmeting doet en wil meewerken aan de ontwikkeling van Sport in Perspectief, periode voor week 35 2020. Eén stagiair die de eindmeting doet en meewerkt in de ontwikkeling, periode na week 35 2020. Dit validatie onderzoek zal gebeuren in samenwerking met BBO Consulting (Utrecht).

Bij deze stages zal je stage lopen bij Flow Mentale Training in Rotterdam, maar in overleg ook op de de sportlocaties van S.B.V. Excelsior (Rotterdam), Intime Tennis Academy (Zoetermeer) en PAC Atletiek (Rotterdam). Dit houdt in dat je een flexibele werkplek hebt. Ook is het mogelijk dat je buiten kantooruren in de avond of in het weekend moet werken. 

Profiel gezochte studenten:

  • Je hebt affiniteit met jonge sporters en sportouders;
  • Je bent flexibel en kan zelfstandig werken;
  • Je bent sociaal en communicatief;
  • Je ben analystisch;
  • Je hebt een pre als je Bachelor/Master Pedagogische Wetenschappen volgt;
  • Je hebt een hoge motivatie om Sport in Perspectief tot een geslaagd project te maken.

Sollicitatie procedure:

Je stuurt je CV, cijferlijst en een korte motivatiebrief voor 15 november 2019 naar Daniëlle van der Klein-Driesen (Directeur/eigenaar Sport in Perspectief): sportinperspectief@flowmentaletraining.nl

Voor vragen kan je contact opnemen met Lianne den Haan (projectleider Sport in Perspectief)

 

Sportouders samen met hun kind en de trainer op het veld

Sportouders samen met hun kind en de trainer op het veld

Clubs willen ander gedrag van sportouders zien. Sportouders storen zich aan de club en de coaches. De kinderen lopen risico in hun plezierbeleving, door onvoldoende zelfvertrouwen en hoge verwachtingen van zichzelf en hun omgeving. Flow Mentale Training heeft hier een innovatieve oplossing voor bedacht.

De jury heeft de relevantie van uw subsidieaanvraag voor het programma en de subsidieoproep beoordeeld. Het topteam sport heeft dit oordeel overgenomen. Het eindoordeel over de relevantie van uw subsidieaanvraag luidt: zeer relevant. De jury heeft een eindoordeel over de kwaliteit van uw subsidieaanvraag gegeven. Het eindoordeel over de kwaliteit van uw subsidieaanvraag luidt: goed.
Met het winnen van de Nationale Sportinnovator Prijs kunnen wij dit innovatie-idee ontwikkelen en uitvoeren bij S.B.V. Excelsior, PAC Atletiek en Intime Tennis Academy voor de ouders, trainers en kinderen (9-12 jaar) en testen voor verdere verspreiding bij clubs, bvo’s en talentencentra.

Sport in Perspectief

“Ouders moeten leren sportprestaties in perspectief te zien. Winnen of verliezen is bij jonge sporters echt onbelangrijk. Het gaat om ontwikkelen, stapjes zetten en leren. Deze leerlijn gaat niet in een rechte lijn, steeds leer je wat anders en word je sterker. Je kunt dit niet afmeten aan medaille,” aldus judoka Mark Huizinga.

In de praktijk blijkt het moeilijk om sport in perspectief te blijven zien want:

  • Sport draait om resultaat en levert status op. Er wordt gemeten wie de snelste is, de uitvoering het beste laat zien of het meeste scoort. Heb je een hoger prestatieniveau, kom je op het podium, krijg je een glimmende beker of medaille en wordt er hard voor je geklapt. Bij mindere resultaten krijg je een vaantje of helemaal niets;
  • Er wordt op dit moment stevig gediscussieerd over selectiesystemen, want selecteren op jonge leeftijd kan extra druk veroorzaken.
Ik ben van mening, dat het belangrijker is de kinderen en hun omgeving te leren omgaan met winst en verlies;
  • Elke club heeft zijn eigen beleid en nauwelijks budget een passende oplossing te bieden;
  • Relativeren op basis van de (neutrale) wedstrijdsituatie vinden ouders moeilijk. Veel van de
    problemen bij ouders ontstaan, wanneer zij van een oefensituatie (wat wedstrijden bij jonge kinderen nog zijn), een professionele prestatie maken. Dit gebrek aan kennis en inzicht kan zorgen voor frustratie over beslissingen van een coach of scheidsrechter. Atletiekmoeder die vrijwillig jureert: “Sommige ouders gaan een hele discussie aan over een centimetertje meer of minder bij verspringen.” ;
  • Een belangrijk kenmerk van sporters van de doelgroep 9-12 jaar is prestatiegerichtheid. De emoties die dit oproept bij de kinderen heeft zijn weerslag op de gedachten, gevoelens en het gedrag van de ouders. Wat doe bijvoorbeeld je als je kind met haar racket gaat gooien of zichzelf uitscheldt op de tennisbaan?

Wanneer mijn zoon voor de zoveelste keer uit z’n pan gaat tijdens een potje tafeltennis, vraagt ons  buurmeisje: “Wat vind je belangrijker: Gezellig spelen of ongezellig winnen.” Mijn zoon van tien jaar zegt: “Ongezellig winnen natuurlijk.”

Gedragsverandering gaat pas plaatsvinden wanneer ouders, kinderen en de trainers zich aangesproken voelen en echt de noodzaak zien zelf te veranderen.

Sportouderadviezen werken onvoldoende in de praktijk

Ouders weten de tips echt wel als: ‘Plezier gaat voor presteren’, ‘Geen coaching’, ‘Moedig alle kinderen aan’, ‘Geef zelf het goede voorbeeld’. De praktijk’ blijkt moeilijker in regels te vatten, bijvoorbeeld:

  • Ouders leggen (onbewuste) druk door hun aanwezigheid en/of kleine opmerkingen. Een jonge voetballer zegt: “Mijn vader legt enorme druk op mij.” Ik vroeg: “Wat doet hij dan?” “Mijn vader zegt altijd ‘Doe je best’ en als hij dat zegt dan weet ik dat ik het goed moet doen.”
  • Het geeft rolverwarring, wanneer alleen een ouder mee gaat naar de wedstrijd en geen trainer. Een tennisvader vraagt mij: “Wat mag ik dan wel zeggen?”
  • De leeftijdsgroep 9-12 jaar heeft vaak jonge trainers. Dit kan de balans verstoren. Atletiekvader: “Ik heb met mijn zoon de zevenpas geoefend voor balwerpen. Zijn trainster wil dat niet. Wat weet zo’n meisje van zestien daar nu van? Ze is nog zo jong, wat weet zij van al die onderdelen?”
  • Kinderen van deze leeftijd kunnen ouders verleiden tot het niet naleven van de regels, door voortdurend naar de kant te kijken of verstoord (prestatie)gedrag te laten zien (materiaal gooien, schelden, geen initiatief). Een tennismoeder: “Voor de wedstrijd adviseer ik mijn zoon rustig te blijven en te doen wat de trainer heeft gezegd. Hij weet ook als ik wegloop, dat het niet is omdat ik boos ben, al ben ik dat soms wel.”;
  • Alle ouders willen het beste voor hun eigen kind. Een voorbeeld uit eigen koker: Mijn dochter zat steeds de helft van de wedstrijd aan de kant met korfbal, wat ze onprettig vond. Een aantal teamgenoten speelden altijd de hele wedstrijd. “Dan hadden we net zo goed naar de camping kunnen gaan,” was mijn gedachte. “Het is de D1, denkt de trainer dat hij in de Champions League finale staat of zo…..,” was mijn ongenuanceerde commentaar.

Yvonne van Gennip (schaatsen): De druk kwam vooral bij mijzelf vandaan, omdat ik van mijzelf zoveel moest. Dat is een karaktereigenschap. Elke training was voor mij ook een wedstrijd, want het moest perfect.

Samen op het veld, de baan of de mat

‘Sport in Perspectief’ is een pedagogische methodiek die zorgt voor blijvende gedragsverandering, doordat ouders, sporter en de coach op het veld, de mat of de baan getraind worden tijdens de ‘normale’ fysieke training.

Ouders, sporters en de trainer krijgen de kans zich uit te spreken en worden gelijkwaardige partners.

Kijk en handel in perspectief
De ouders krijgen ‘kijk- of doe in perspectief opdrachten’. Bij een kijk-opdracht observeren de ouders de spelsituatie vanuit ‘inzet en spelbeleving’ en dat doen ze vlak in de buurt van hun kinderen. Bij een doe-opdracht komen ze in actie. Zo moeten ze bijvoorbeeld hun kinderen afleiden. Daarbij zal veel gelachen worden, maar het is ook confronterend. Het effect van aanwezigheid van ouders wordt zichtbaar. De jonge sporters ontdekken hoe vaak ze naar hun ouders aan de kant kijken en mogen aangeven wat helpt en stoort. De coach en de ouders kunnen vragen stellen en elkaar advies geven. Samen maken ze afspraken. 

Klaar voor de start.

Er staat een ambitieus en professioneel team klaar Sport in Perspectief te ontwikkelen (januari t/m augustus 2020) en uit te voeren (september 2020 t/m juni 2021). We gaan dit doen bij SBV Excelsior, PAC Atletiek en Intime Tennis Academy. Er worden mentale trainingen gegeven. Er komt een online-trainingsprogramma met daarin didactische- en pedagogische vaardigheden voor de coach. Een toolkit voor de sportouders met digitale kaarten waarbij het leerdoel visueel wordt samengevat. En er komt een boek waarmee ouders leren oordeelvrij te ‘kijken’, ‘luisteren’, ‘vragen’ en‘handelen’. Met daarin een eerlijk verslag van topsporters, talenten, ouders en coaches.  Dit vernieuwde perspectief zorgt dat de focus meer op ontwikkelen en leren ligt, in plaats van resultaat. 

‘Sport in Perspectief’ draagt bij aan een veilig sportklimaat op de club, waarbij presteren en plezier samen gaan.

Marjan Olyslager (atletiek): “Mijn grootste tip aan sportouders is ‘Blijf in de buurt’. Meeste ouders hebben geen idee. Zij gaan ervan uit dat de trainer het weet. Zorg dat je als ouder genoeg op de hoogte bent en vragen kunt stellen. Wees kritisch: Als een trainer je aan de kant laat, is het geen ‘goede’ trainer. Zorg dat er ruimte is voor jou en maak dat ‘driehoekje’: ouders-sporter-trainer.”

Dankjewel voor jullie trouw en steun: Ferry de Haan en Marco van Lochem (S.B.V. Excelsior), Martijn Belgraver en Madeleine MacDonald (Intime Tennis Academy) , Martin Blok en Paula Siersma (PAC Atletiek), Jan Tromp (Rotterdam Topsport), Angela Verkerk (Dordrecht Topsport), Marita Verkaik (Rotterdam Sportsupport), Brian Godor (Erasmus Universiteit ‘Pedagogische Wetenschappen’),Marcel van der Kuil (BBO), Bram Bakker (Uitgeverij Lucht), Yara Rietdijk (Flatland Visual Thinking), Hans van Nieuwpoort (VerdwaalNiet), Eveline Folkerts (gz- en sportpsycholoog), Hendrik Jan Hoogendoorn (Boer Hendrik), Egbert van den Bergh, Ewout van Kooten (Van Kooten administratie) en het Team van Flow Mentale Training: Lianne den Haan, Hillie Heinsbroek, Robert van Winden (Stichting WIN-WIN en Netwerk Ouders van Sporttalenten), Danny Otto en Tatyana Izelaar.

En mijn gezin: Michel, Juliëtte en Veron.

Sportplezier is ook houden van competitie.

Sportplezier is ook houden van competitie.

Vrijdag  kwamen alle trainers van Excelsior bij elkaar. We spraken over ‘voetbalplezier en het leveren van prestaties’. Na afloop van de training gingen we naar Excelsior-Almere. Excelsior won, dat vonden wij plezierig.

Plezier versus presteren 

Het geeft plezier te voetballen bij de jeugd van Excelsior. Dat is wat ik waarneem, wanneer ik aanwezig ben bij training en wedstrijden. De trainers zijn nauw betrokken bij de teams. Er is bereidheid te kijken naar de behoeftes van individuele spelers, wat helpt voor een positieve spelbeleving en het verbeteren van prestaties op teamniveau. Er wordt gelachen en hard gewerkt.

Bij mentale training wordt plezier gemaakt door spelelementen in de training te verwerken. De spelers oefenen hun mentale vaardigheden door te doen. Zodra er een ‘winstelement’ in komt, dan gaat de gedrevenheid omhoog. In dit filmpje zie je <15 afgelopen seizoen. Zij moesten kwartetten. Door te scoren konden zij materialen verzamelen. Met ‘vier compleet’ had je gewonnen. We hadden team Ramadan. Zij hadden niet gegeten, maar waren door hun doelgerichtheid en duidelijk afspraken zeer sterk. Er was een team die alleen maar bezig was de prestatie van de ander te verstoren. Hun eigen prestatie ging hierdoor ook naar beneden. Het team dat bezig was met zijn taak vanuit een korte teamafspraak ‘hier gaan we voor’ presteerde het beste.

 

 Sportplezier is ook houden van het competitie-element.

Onzekerheid

Voetbal is mooi en spannend, omdat je kunt winnen en verliezen. Daarmee kunnen dealen, hoort ook bij ‘sportplezier’. Bij een BVO komt er een individuele strijd bij:‘Ik wil mijn plek in het team behouden’. Ieder seizoen vallen er een aantal spelers af en komen er een paar nieuwe spelers bij. De spelers en hun ouders beseffen dat heel goed. Wanneer je iets heel graag wilt, ben je kwetsbaarder. Je wilt niet dat het mis gaat. Dit zorgt dat je harder je best gaat doen, wat het helpt je prestaties te verbeteren. Het kan ook zorgen voor twijfel, waarbij je je zorgen maakt:

  • Angst te falen: ‘Straks gaat het mis’;
  • Onzekerheid: ‘Ben ik wel goed genoeg?’ ‘Is de ander beter?’;
  • Perfectionisme: “Ik mag geen fouten maken’. ‘Het is nooit goed genoeg’. 

In prestatiegedrag zie je aarzeling van spelers terug bij: De duels (balverlies), verkeerde keuzes (positie en plaatsing bal) en tempo (vertraagd of chaos). De spelers merken dat hun spelniveau naar beneden gaat, wat voor extra vertwijfeling zorgt. Vaak krijgen ze dan commentaar van de trainer, andere spelers of ouders. Goed bedoeld advies (zeker wanneer de hele groep erbij is) kan hard binnenkomen, als bevestiging: ‘Zie je wel, ze vinden mij niet goed genoeg’. Sommige spelers gaan dan naar anderen wijzen, maar ‘hij deed……’ Hierdoor halen ze de lading van zichzelf af. 

Houden van strijd

Het is mooiste is, wanneer je spelers leert te gaan houden van de strijd en wennen aan het ongemakkelijke gevoel dat dit soms geeft. Zodat je spelers weten dat spanning erbij hoort. Dat de teleurstelling kan komen, dat je buiten het team valt, maar dat je evenveel waard bent.

Benoem datgene waar zij zelf invloed op hebben: inzet, elkaar positief coachen, kijken wie vrijstaat. Vraag na afloop of het gelukt is: hard te werken, te coachen en juiste keuzes te maken. 

Spelers die een beetje onzeker zijn verbloemen dit soms door nonchalant of juist stoer gedrag. Wanneer je deze spelers in de groep aanspreekt op fouten is dat voor hen extra ongemakkelijk. Daar kun je rekening mee houden. Wanneer je deze spelers 1 op 1 aanspreekt is dat voor hen prettiger. Vraag ook eens hoe ze zich erbij voelen. Mijn ervaring is, dat spelers daar  eerlijk over zijn, wanneer ze veiligheid voelen. Veiligheid bied je door vertrouwelijk met informatie om te gaan. Benoem dat ‘onzekerheid’ en ‘het perfect willen doen’ juist zinvolle eigenschappen zijn, die je helpen de details van je spel te verbeteren. Je wilt het gewoon heel graag goed doen. Wanneer je die gedrevenheid zinvol inzet kan dat juist iets extra’s geven.

Leer je spelers dat het heel nuttig is fouten te maken. Het brengt je een stap verder naar verbetering.

  • Zenuwen: ‘Mooi mijn lichaam is zich gereed aan het maken strijd te gaan leveren’;
  • Onzekere gedachten: Zie het als een soort spam in je hoofd, waarbij je zelf kiest of je het bericht opent of niet. Wanneer de gedachte komt: ‘Ben ik wel goed genoeg’ hoef je verder niets met deze informatie te doen;
  • Gedachten kunnen ze sturen doordat je ze drie belangrijke richtpunten meegeeft voor de wedstrijd:
    Ik ga…..
  • Perfectionisme: Zeg tegen jezelf: “STOP”, wanneer je merkt dat je jezelf zit af te zeiken. Wanneer je jouw kritische slimme blik handig inzet, weet je meer dan je tegenstander.

Winnen helpt je team plezier te geven. Het is de kunst je team plezier te laten houden, wanneer het even minder gaat.

Toen ik op mijn fietsje terug huis wilde gaan, kwam ik om de hoek van het stadion tussen knokkende supporters. Ze schreeuwden, gooiden met dingen, één liep met een ijzer staaf rond te zwaaien….de politie hakte er met hun knuppels vol op los. Jammer zo’n einde van een plezierige avond.

 

 

Lees ook:

Zo leer je talentvolle voetballers onder druk presteren op het veld

Scherp tot het laatste fluitsignaal. Voetballers train je concentratie.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De Tottenham BreinHutspot

Vreemdgaan. In Rotterdam leven we mee met Ajax.“Dit zijn van die leuke normale jongens,” zegt mijn vader. “Vaak heeft Ajax kapsones, maar deze spelers niet.” 

Zo’n verlies voel je in al je sportvezels. Ajax speelde op het hoogste podium met een prachtige onbevangenheid en lef. Daar kun je alleen maar bewondering en verwondering voor hebben. Mentaal valt er wat over te zeggen. Ik weet ook, dat het makkelijk lullen van de zijlijn is. 

Spelen onder druk

Ajax heeft zich bijzonder sterk getoond, doordat het tegen de grootste ploegen prachtig en avontuurlijk voetbal liet zien. Spelen op het hoogste niveau zorgt voor druk, door hoge verwachtingen vanuit de omgeving, zoals: club, media, publiek, familie. Maar ook vanuit de spelers en de coach, omdat ze het ‘zo graag willen’.

Grote druk leidt vaak af, doordat je als speler je niet optimaal op je taak richt en hierdoor de prestatie verslechterd.

Juist voorgaande wedstrijden deden ze dit heel knap, door ploegen en spelers te passeren met de allerhoogste status. 

De Tottenham Hutspot

Maar dan ‘de Tottenham Hutspot’. De tweede helft is een doorgestampte mengelmoes van ‘goed spel van de tegenstander’, ‘beetje pech, beetje geluk’ en aanvoelen dat ‘het spel zich tegen je keert.’ In de rust liepen verslaggevers Wilfred Genee en van de Gijp nog net geen polonaise. Het kan niet anders, dat er ook al een beetje euforie ontstond in die kleedkamer. Uiteraard werd uitgesproken en gedaan: Jongens, kop erbij houden we zijn er nog niet. De spelers  en de coach beseften dat ook zeker. 

Alleen dat gevoel, waarin je toch je al een beetje in die finale waant. Het vertrouwen door de 0-1 zeg in Londen. Het al na vier minuten scoren, zorgt voor opluchting over de marge die je hebt. Met 2-0 de rust ingaan en weten dat je de gevaarlijkste ploeg was. Dit alles wordt keihard onderuit gehaald met twee tegendoelpunten. Het zorgt voor een beetje kortsluiting in je brein en vertwijfeling in gedachten: ‘Wat gebeurt hier?’

Het Algemeen Dagblad schrijft: Na rust sloop de paniek in de benen van zijn ploeg, zichtbaar wankelde Ajax, en steeds meer power pompte Spurs in de meeslepende wedstrijd.

Wanneer er een nieuwe situatie ontstaat na de rust, vraagt dan aanpassing van de ploeg. Dat lukt niet. Daarbij gingen ze van Euforiegevoel naar Onrust: ’Shit, straks geven we het handen’. Ze creëerden kansen, alleen de Champions League is wel de plek waar ze erin moeten, anders word je keihard afgestraft. Dan het tijdrekken… Ik zie het als afleiding, doordat je als speler bezig bent met de tijd en de score en niet meer met de bal en de spelers. 

Ajax we hadden het jullie gegund, ook in Rotterdam. Wees trots op mooi voetbal.

Lees ook:

Zo leer je talentvolle voetballers onder druk presteren op het veld

AD Feyenoord blijf er in geloven

Radio Rijnmond. Hoe maken we het hoofd van Feyenoord leeg?

https://www.ad.nl/dossier-ajax-spurs/applaus-was-ook-voor-ten-hag-de-trainer-die-ajax-op-de-wereldkaart-zette~ae15bec6/

Zo leer je talentvolle voetballers onder druk presteren op het veld

Zo leer je talentvolle voetballers onder druk presteren op het veld

Excelsior is dit seizoen gestart met een structureel mentaal trainingsprogramma: ‘De Leerlijn Mentaal Voetbal’ voor <13, <14 en <15.  Hoe gaat dat? Wat doet een sportpsycholoog en wat heb je eraan als speler, coach of voetbalouder? Een overzicht van de meerwaarde van mentale training op het veld, de belevenissen en de hobbels.

DE LEERLIJN MENTAAL VOETBAL

“Daniëlle, je loopt in de weg.” In voetbal wordt er niet omheen gedraaid. Het is nieuw dit doelgerichte mentaal trainingsprogramma voor op het veld. Daardoor is het ook voor mij soms zoeken, hoe dit neer te zetten. Voorheen kregen de spelers in een zaaltje met een beamer mentale training. Een gesprek kwam als er al mentaal iets niet goed zat. We gaan nu preventief te werk en zijn gericht op de lange termijn, want deze spelers willen prof worden. De mentale training wordt in de ‘taal van de spelers’ gegeven op het voetbalveld. Het is onderdeel van de fysieke voetbal-werkvormen die normaal ook op het programma staan.

Het doel is ‘prestaties en welbevinden’ te verbeteren van spelers, coaches en ouders. Stress, frustratie en agressie op het veld te voorkomen. 

‘Beter spelen en minder gezeik’ dat wil elke club wel. De spelers moeten leren hoe zij ‘succesvol prestatiegedrag’ laten zien als team en als individu. Een voorbeeld hiervan is: ‘Ben je boos op de scheidsrechter en scheld je hardop of in jezelf… Of je waarneming over die scheids klopt of niet, HET LEIDT AF, dus je gaat er slechter van spelen. Dit is een boodschap die spelers van deze leeftijd wel willen aannemen. Dat met die regels…..dat zal allemaal wel….. maar ‘Ze willen winnen’ en het is aan ons inzichtelijk te maken, hoe ze de kans daarop zo groot mogelijk maken.

De coach

Het mooie van deze mentale training op het veld is dat de ‘kennis van de coach’ en die van ‘de sportpsycholoog’ bij elkaar opgeteld wordt. De coach kent zijn spelers het beste en ziet ze het meest. Hij heeft de mogelijkheid de geleerde mentale vaardigheden door te zetten in zijn eigen trainingen en bij wedstrijden. Ik lever de sportpsychologische theorie en geef een didactisch opzet met fysieke voetbal-werkvormen. De coach verwerkt dit in zijn voetbaltraining en geeft de training volgens eigen inzicht en passend in het bestaande programma. Mijn rol is de korte theoretische uitleg, observatie tijdens de oefeningen, soms een mentale oefening en de terugkoppeling op individueel en op teamniveau.

Werkgroep ‘Mentaal Sterk Voetballen’

Die inhoud ontwikkel ik samen met de teamleden van Flow Mentale Training, waarmee we de werkgroep ‘Mentaal Sterk Voetballen’ hebben opgezet. Dit is een denktank van sportpsychologen, waarmee we sportpsychologie visueel zo duidelijk en toepasbaar mogelijk willen maken. We verzinnen voetbalspelen, waarbij we met de opzet en inhoud de voetballers laten ervaren welk ‘mentaal thema’ er centraal staat.

Is dit ‘teamspirit’ dan krijgen de spelers bijvoorbeeld een opdracht op het veld, waarbij ze alleen met samenwerken kunnen scoren. Is het ’emotie-beheersing’, dan maken we hen gek, door een ‘oneerlijke situatie’ te creëeren. Bij optimale spanning geven we de spelers inzicht wat er gebeurt met je spieren wanneer je als voetballer nerveus of gespannen bent en we leren de spelers  zich te herpakken bij ‘te veel’ spanning of frustratie.

De spelers

De fysieke trainingsvormen zijn dus al bekend voor de spelers. Alleen het doel achter de oefening en de vragen tussendoor en na afloop zijn nieuw. Vragen als: “Waar keek je naar, waar dacht je aan, waar lette je op, hoe voelde dat voor jou?” Het draait om ‘bewustwording bij de jonge spelers’. Dat zij zelf invloed hebben op wat er gebeurt op het veld. Zij kunnen er zelf voor kiezen harder te lopen, de bal op te eisen en om sneller te schakelen. Dit is inzet, maar ook waar de aandacht van de spelers op gericht is.  

Een voorbeeld: Het team moest uitwijken naar een zij-grasveld, omdat alle voetbalvelden door een toernooi bezet waren. Een hoop geklaag: ‘Hier kunnen we toch niet spelen’, ‘Wat een kutveld’… Je zag dat het spelniveau daalde (minder tempo, weinig energie). Totdat één van de spelers een briljante opmerking plaatste: “Jongens in Uganda is dit het beste veld dat er is.” Hierop kon ik aansluiten met de vraag: “Wat gebeurt er met jullie spel, op het moment dat je denkt: Dit wordt toch niets?” Hoe haal je voordeel uit de mindere omstandigheden? Wat kun je zelf doen.” Daarna speelde de mannen anders, doordat ze harder liepen en meer met de bal en spel bezig waren. 

Als je dit groter wilt trekken, is dit een eerste voorbereiding voor het aanpassen aan de situatie die ze als professionele spelers zullen moeten doen (en wat veel profspelers en ook hun trainers lastig vinden). Voorbeeld:

VI 12 nov 2018 Ronald Koeman: ‘Ajax gaat van spelen in de Champions League naar Woudestein op kunstgras met amper tegenstand. Dat is gewoon lastig voor een speler. Dan moet de motivatie echt helemaal uit jezelf komen.’

Het team en het individu

Ieder team is anders. Verschillende spelers met hun eigen persoonlijkheid, cognitief vermogen en achtergrond. De trainers van Excelsior gaan hier knap mee om, door korte instructie te geven en waar nodig te herhalen. Humor, een schouderklopje of ze soms juist met rust te laten werkt. Doordat ik als sportpsycholoog regelmatig aanwezig ben, krijg ik de kans om de spelers en de trainers beter te leren kennen. Dat helpt voor vertrouwen.

Het geeft mij de kans na te gaan, wat de prestaties van een team belemmerd. Bijvoorbeeld de onderlinge communicatie tussen spelers of een paar spelers die niet lekker in hun vel zitten. Het kan zijn dat ik de trainers een pedagogisch advies geef, soms gaan we met het hele team zitten, of met een paar spelers. In het begin vonden de spelers dat nog raar en werden daar een beetje lacherig van, nu vragen ze zelf om een gesprek. Vaak helpt het, als ik voor hen op een rijtje zet: hoe de situatie in elkaar steekt. Ik licht toe hoe het voor de ander is (de scheidsrechter, de coach, medespeler of tegenstander). Dit haalt bij de spelers de emotionele lading eraf, waardoor ze weer ruimte hebben, om te kijken wat ze zelf kunnen doen om ‘taakgericht’ te blijven spelen. 

Op teamniveau worden ‘waarden’ nagegaan. Waar staat het team voor, maar ook hoe ziet dat er uit in ‘prestatiegedrag’ op het veld (wat doe je als speler en als team?). De spelers leren elkaar aanspreken als ze zich niet aan de afspraken houden. Bijvoorbeeld ‘elkaar positief coachen’. Dat wil niet zeggen, dat er nooit meer een vloek over het veld mag gaan. Maar als je wat roept, dan wil je dat de ander en jijzelf er beter van wordt.

De ouders

Aan het begin en in het midden van het seizoen krijgen ook de ouders mentale training. De ouders krijgen een terugkoppeling over de Leerlijn Mentaal Voetbal, zodat weten waar hun kinderen ze mee bezig zijn. We spreken over  de mentale belemmeringen die de ouders zelf zien bij hun kinderen. Wat vinden de jonge spelers lastig, wat vinden zij als ouders moeilijk. Zijn hier tips voor?

Ouders kennen hun eigen kind als de beste. Ze zien het, als het minder gaat en weten vaak ook hoe ‘Hij het had kunnen doen….’ De ouders staan voor het dilemma zeggen we er wel of niet wat van. Echter ook als ze niets zeggen, weten die kinderen al lang wat hun ouders denken. De basisboodschap is dan ook: Je legt als ouders altijd druk op (dat doe ik ook). Door de liefde, tijd, energie en geld die je erin steekt + het feit dat kinderen loyaal zijn aan hun ouders willen jonge spelers het gewoon heel graag goed doen.

Ouders zijn blij als hun kinderen blij zijn en die kinderen proberen daar weer krampachtig hun best voor te doen. Het goed willen doen (ook voor de trainer en het team), kan zorgen voor twijfel en juist het tempo eruit halen. Dan lijkt het net of de speler te weinig inzet toont, wat voor ouders weer vervelend is om naar te kijken. Juist omdat de ouders weten: ‘Hij kan beter dan dit.’

De ouders leren ‘oordeelvrij kijken’ en pas over de wedstrijd praten als de lading eraf is (dus niet gelijk na de wedstrijd). Ook kwam aan bod wanneer je wel of niet naar de coach gaat. De trainer is geen ‘helderziende’, dus als er wat is dan is het het best wanneer de speler dit komt melden. Niet alle spelers durven dat, dus als het nodig is kun je als ouders hierin helpen. Met de trainers konden we kijken hoe we de drempel lager maken, voor meer openheid. Meld het als er wat is, is hun boodschap.

De eerste stap is gemaakt. We gaan kijken hoe we de Leerlijn Mentaal Voetbal verder kunnen ontwikkelen en verbeteren. Excelsior is een fijne club met spelers, trainers en ouders die open staan te leren en het beste eruit te halen.

 De spelers gaven het bijna uit handen. De trainer draaide zich om en vloekte. Hij draaide zich weer naar de spelers en riep iets taakgerichts. Dat is passie, maar ook bewust zijn van je trainersrol.

Lees ook:

Sportpsycholoog in trainingspak samen met de coach op het veld.

Voetbalouder, je zal het maar zijn