Tennisouder, je zal het maar zijn

Tennisouder, je zal het maar zijn

Na de wedstrijd in de auto, zegt een jonge tennisster tegen haar moeder: “Als jij je hand door je haar doet, dan verlies ik altijd.”

Je noemt dit een externe attributie. De sporter legt de oorzaak buiten zichzelf en in dit geval is ‘heel veilig’ haar moeder de pineut. De functie hiervan is, dat dit prettiger is voor je eigen zelfbeeld. Het ligt het niet aan jou.

Het is een voorbeeld die ik kreeg van de mentale training voor ouders bij de Intime Tennis Academy. We bespraken: Waar loop je als tennisouders tegenaan? Wat kunnen de tennissers zelf leren? Wat doe je als ouders thuis en bij trainingen en wedstrijden?

KIJKEN NAAR JE KIND

Stel je voor. Je gaat morgen naar je werk en op drie meter afstand zit jouw vader of moeder naar je te kijken hoe je het doet. Ze zeggen niets, ze kijken alleen maar. In de auto terug geven ze nog een kleine aanwijzing….Had je niet…..

Bij tennis kun je van heel dichtbij uren naar de prestaties van je eigen kind kijken. Bij wedstrijden, maar ook met (privé)trainingen. Je wordt daardoor als ouder, een expert in het analyseren van het prestatiegedrag van je kind. Je ziet precies: ‘Hij let op, ze gaat lekker, ze zakt in, hij is gefrustreerd, onnodige fout of prachtige actie.’ Bij teamsporten zoals voetbal of hockey kijk je ook naar de prestaties van je kind, maar de lading wordt verdeelt met de andere spelers, wat echt anders is.

Juist als je er zo dicht op zit krijg je veel van de emoties van je kind mee. Daarom is het zinvol om soms wat afstand te nemen. Ga bijvoorbeeld zelf lekker hardlopen tijdens de trainingen of doe even de boodschappen en kijk alleen de laatste tien minuten, dan heb je toch de sfeer geproefd.

LOSKOMEN VAN JE OUDERS

“Dan trekt mijn vader zijn wenkbrauwen op,” vertelt een vijftienjarige tennisster.

Rond elf, twaalf jaar maken kinderen zich meer los van hun ouders. Er ontstaat meer zelfstandigheid. In topsport zie je dat dit proces anders kan verlopen, omdat kinderen soms meer tijd met met één of beide ouders doorbrengen, in de auto en bij toernooien. Anderen wonen een gedeelte van de week buitenshuis in een gastgezin, waardoor ze juist weer minder tijd met hun ouders doorbrengen.

Wanneer je je kind veel ziet is dat prachtig, maar moet je ook zorgen dat je je kind af en toe los laat. Als je kind meerdere dagen afwezig is, vraagt dat ook wat van je als opvoeder. Je geeft meer sturing op afstand. Blijf goed navragen hoe het gaat. Accepteer dat je af en toe de lading van de week over je heen krijgt. Dat is omdat je als ouders de meest veilige plek bent, waar ze echt zichzelf durven te zijn.

Eten en rust

Bij het ouder worden, zal je kind zich meer afzetten. Dat is heel gezond, maar ook ingewikkeld, bijvoorbeeld als het om voeding en rust gaat. Dus wanneer je als vader of moeder zegt: “Neem een banaan mee,” dan zegt hij: “Dat maak ik zelf wel uit.” Het gaat hierbij niet om die banaan, maar gewoon dat hij het anders wil, dan dat jij dat wil.

Leg daarom op een keer op een rustig moment (niet vlak voor vertrek) uit wat de voordelen zijn van goed eten en slapen en wat de invloed is op presteren. Ze mogen ook een keer op hun ‘bek’ gaan bij een wedstrijd en het verschil ervaren van te weinig eten of drinken. Dan maak je de tennisser zelf verantwoordelijk en haal je het bij jezelf weg.

GAS en REM

In de puberteit gebeurt er van alles in het brein, waarbij emoties en onzekerheden soms de boventoon voeren. Bij belangrijke toernooien worden mentale belemmeringen zichtbaar. “WAAROM BEN IK GEBOREN,” riep een jonge speler tijdens het NJK. “NEEEE”, “SLECHT” het zijn zomaar wat kreten. Ik vroeg een trainer wat hij tegen zichzelf zei, als het niet liep: “STEEK JEZELF IN DE FIK,” zei hij. Tennis heeft een hoog drama-gehalte. Je ziet het GAS en de REM terug:

De gassers: roepen harde kreten, slaan meerdere ballen achter elkaar achter de achterlijn, tikken met hun racket, weten niet meer wat te doen (strategieloos).

 


De remmers knokken ‘onzichtbaar’ vooral in hun hoofd. Je ziet dit doordat hun spel lijkt stil te vallen, alsof iemand de batterijen eruit haalt. Dit kan ook ineens in de laatste set zijn. Ze denken te veel na. Doordat de energie vooral naar de hersenen gaat, is er minder over voor het lijf. Het tempo is eruit.

Voor ouders soms onbegrijpelijk om naar te kijken. Je kunt wel wat doen:

Bij de gassers:

  • Blijf zelf rustig, door: Op tijd te vertrekken, je eigen zenuwen onder controle te houden. Na de wedstrijd even te wachten, zodat je kind zijn eigen emoties kan verwerken.;
  • Blijf neutraal, bijvoorbeeld over de tegenstander. Dus je moet tegen…. ,zonder dat je daarbij aangeeft ‘Het wordt een makkie, ‘Dat is die met die rare vader’, of ‘Zij speelt altijd vals’;
  • Bespreek op een rustig moment welk (prestatie)gedrag je verwacht. Een racket op de grond rammen lucht heel kort op, maar kost geld en je gaat er op de lange termijn slechter van spelen.

Bij de remmers:

  • Geef zeker vooraf zo min mogelijk aanwijzingen en tips, want daarvan schieten ze in de ‘denkstand’;
  • Achteraf vinden de meeste remmers het wel fijn om over de wedstrijd te praten. Probeer de focus te krijgen naar de goede momenten en wat hij toen deed;
  • Een beetje humor helpt om uit de analysestand te komen en te relativeren.

De kracht van gassers is dat ze doorknokken. Power en pit is nodig voor optimaal presteren. De kracht van de remmer is juist het analytisch vermogen en planmatig kunnen denken. Ik heb gemerkt dat ze vaak ook goed kunnen visualiseren. Dus het ‘gewenste’ plaatje voor zich zien en dat daarna uitvoeren.

VERWACHTING VAN PA OF MA

“Zij hoeft niet te winnen, zolang ze maar haar best maar doet.” De focus van winst wordt dan verlegd naar inzet. Of naar gedrag “Als hij maar rustig blijft.” Die inzet en dat rustig blijven, wordt dan zo’n ding die steeds meer aandacht krijgt. Terwijl je wilt meer focus op het ‘genieten van de strijd’.

Vader en moeder verschillen ook wel. Vaak zie ik, dat één van de twee ‘heel fanatiek en winst gericht’ is en de ander wat meer met ‘de voeten op de grond, het moet wel leuk blijven’. Dat zorgt voor evenwicht, maar het is maar net wie er mee is, welke boodschap je kind meekrijgt.

Effect van het roepen
Ga er maar vanuit dat alles wat je roept effect heeft. Dus bij 4-3 “Come on” roepen kan stimuleren, maar ook afleiden, omdat je kind vaak zelf weet welke punten belangrijk zijn. Wanneer jij ‘gewoon kijkt,’ zal je kind minder naar de kant kijken voor bevestiging (want dat leidt af). Als ik ouders spreek weten ze vaak heel de wedstrijd uit hun hoofd. Al die informatie mag je voor jezelf houden. Benoem waar het goed ging, want dat gedrag wil je vaker zien.

Blijf positief en neutraal:

  • Stel open vragen: “En……” “Wat vond je zelf?”;
  • Houd je eigen emotie in, bijvoorbeeld of de bal in of uit is;
  • Liever ook niet hardop met andere ouders het niveau van de wedstrijdleiding bespreken (“Die gast kan er niets van.”) Je wilt dat je kind doorgaat, moet je het zelf ook doen.
  • Bespreek op een rustige middag met je kind zijn of haar ervaringen. Wat gaat goed, wat vind hij nog lastig, wat voelt hij daarbij? Vraag na hoe je daarin kan steunen. Benoem ook wat jezelf verwacht, wat betreft het uiten van emotie. Wat is je grens?
  • Bij jongere spelers kun je samen ademhaling oefenen. Helpt voor jezelf om rustig te blijven en je kind ook.
  • Stimuleer zelfstandigheid, laat ze zelf hun tas inpakken en als het mogelijk is zelf naar de tennisbaan fietsen;
  • Dikke duim bij winst en verlies.

PERFECTE PLAATJE

Moet het allemaal perfect als ouders? Gelukkig niet. Het is trial en error. En als je meerdere kinderen hebt weet je al, wat bij de één werkt, is voor de ander totaal anders.

Dat je er bent voor je kind is het allerbelangrijkste. Ze waarderen je, al zullen ze dat zeker niet altijd laten merken. Zo ben je samen een sterk team!

Boek GAS en REM

In het boek GAS en REM in de sport. Mentaal sterk coachen, lees je ervaringen en tips van topsporters, talenten, coaches, scheidsrechters en ouders. Met vanuit de tennis onder ander Raemon Sluiter.