Jong geleerd….Triathlon voor kinderen van drie jaar..

Hillie Heinsbroek is sportpsycholoog en woont in Canada. Zij deelt met ons haar sportieve belevenissen. Zo is zij vrijwilliger bij een triathlonwedstrijd voor kinderen vanaf drie jaar. Net als ik, vroeg zij zich af hoe zulke jonge kinderen in hemelsnaam een triathlon volbrengen……

Zelfvertrouwen opbouwen

Tri-Kids biedt niet-competitieve, aan zelfvertrouwen bouwende wedstrijden voor kinderen en jeugd van 3 tot 15 jaar. Deze promotekst (vertaald uit het engels) doet mijn sportdocenthart sneller kloppen, maar hoe kan dit?

In de categorie drie t/m vijf jaar wordt elk kind vergezeld door een volwassene. Meestal is dit de vader of moeder, maar ik heb ook een opa gesproken die drie kleinkinderen in drie verschillende leeftijdscategorieën had. De kleintjes zwemmen 20 meter, fietsen 500 meter en rennen 100 meter.

Mijn taak was in de wisselzone van het zwemmen naar het fietsen. Maar omdat er een volwassene bij de jongste deelnemertjes was, konden we hun wedstrijd nog even toekijken. En toekijken is toch echt fascinerend. De kinderen startten in waves, dus steeds zo’n acht tot tien kinderen tegelijk.

Ouders

De allereerste ouder kwam met haar kind in de armen aan gerend. Zou het kind niet kunnen rennen, of ging het gewoon niet snel genoeg?

De meeste ouders lieten hun kind overigens zelf richting de fiets komen. De ene ouder nam uitgebreid de tijd om zijn kind af te drogen en een shirtje aan te doen, de ander plantte de kleine triathleet op de driewieler in het zwemtenue. De ouders moesten vervolgens naast de fiets mee rennen.

Je hoeft je kind niet te duwen, als het goed is kan hij zelf fietsen. Toch?

Het is boeiend om te zien wat het met het gedrag van ouders doet als het kind simpelweg weigert op de fiets te stappen. De ene ouder neemt het fietsje aan de hand en wandelt rustig mee met de kleuter. De andere ouder tilt zijn kind op de fiets onder het mom ‘niet zeiken’. Uiteindelijk zijn alle kids toch wel vertrokken, soms moesten ze gewoon even bij anderen kijken hoe die dat deden.

Het meest hilarisch zijn de situaties waarin de oudste kleuters zo hard wegfietsen dat de volwassene het niet kan bijhouden om er achter aan te rennen. In ieder geval is dit kind intrinsiek gemotiveerd. Maar wat ik bijna niet kan geloven zijn de ouders die hun kind aanmoedigen met teksten als “Kom op kind, we gaan die voor je inhalen, we gaan winnen.” Ehm, we hebben het hier over de categorie DRIE tot VIJF jaar in een niet-competitieve wedstrijd, toch?! 

Zelf doen

De rest van de dag verloopt vermakelijk. Kinderen in de oudere leeftijdscategorieën 6 t/m 15 jaar mogen geen hulp van ouders krijgen. Dus ik help ze hun fiets te vinden, hun helm goed vast te maken. Veiligheid voorop. Ik heb de meest aandoenlijke kinderpraatjes. “Mama heeft gezegd dat ik goed water moet drinken”. Deze moeder heeft begrepen dat die eindtijd niet boeit, goed voor jezelf zorgen met deze warmte wel. Ik krijg de vraag: “Moet ik mijn badmuts ophouden?” , “Ik had moeite met drijven daarom ben ik laat”Dat vind ik een mooie zelfreflectie van een acht-jarige.

Zij die willen winnen

En ja, er zijn ook echt bloed-fanatieke triathleetjes, die hebben geen tijd om te kletsen. Die springen direct op de fiets. Bij de finish krijgen ze allemaal een grote medaille. Deze positieve bekrachtiging is goed voor het zelfvertrouwen. Jammer dat ze ook een eindtijd krijgen. Want waar is die nou eigenlijk goed voor? Volgend jaar ben je sowieso gegroeid. Of het weer is anders. Of het parcours is verlegd. Hooguit ouders die kunnen zeggen: ‘Je bent een minuut sneller dan je broer toen die vier was’. En wat heb je daar dan aan?